Name: Priorij van Zevenborre te Sint-Genesius-Rode
Period: 1306-1794
Inventoried scope: 15 linear meters
Archive repository: State archives in Leuven
Heading : Abbeys, monasteries and commanderies
Authors: /
Year of publication: 2016
Code of the inventory: 723
Net zoals Groenendaal en Roodklooster was ook de mannenpriorij van Zevenborren in Sint-Genesius-Rode aanvankelijk een kluis. In 1380 besliste Egidius van Breedeyck, kapelaan in de Sint-Pieterskerk te Anderlecht, samen met enkele andere mannen een gemeenschap te vestigen nabij de Sint-Laurentiuskapel in Brussel. Niet veel later verhuisden ze naar Zevenborren, waar ze in 1388 van hertogin Johanna van Brabant de toestemming kregen om een klooster op te richten van reguliere kanunniken. Van Breedeyck werd hiervan de eerste prior. In ruil voor de toestemming tot oprichting moest er een jaarlijkse mis worden gehouden ter nagedachtenis van de schenker van het grond waarop de instelling werd opgericht. De religieuzen sloten zich in 1401 aan bij het kapittel van Groenendaal en in 1418 bij de Congregatie van Windesheim. Ze hielden zich voornamelijk bezig met studie, kalligrafie en boekverluchting. In 1578, ten tijde van de religieuze troebelen, moest de gemeenschap vluchten, eerst naar Halle en later naar het kasteel van Beersel, waar ze uiteindelijk twintig jaar zou verblijven. Twee jaar later ging het klooster, met inbegrip van de bibliotheek, in de vlammen op. Na hun terugkeer in 1606 bouwde de communauteit de priorij weer op, al zou de instelling niet meer de omvang kennen die ze in de middeleeuwen had gehad. Jozef II beschouwde Zevenborren als een onnuttig klooster en schafte het daarom in 1784 af. De gemeenschap telde toen 14 kanunniken en 4 lekenbroeders. Na de Brabantse Omwenteling keerde ze terug, om vervolgens in 1796 definitief te worden opgeheven.
Een gedeelte van het archief werd in 1820 door advocaat Leerse, beheerder van de goederen van de priorij, aan de Domeinen gegeven. Daarnaast werd een uitgebreider deel gevonden op de zolder van de vroegere Rekenkamer, waar diezelfde Leerse het in 1792 had neergelegd om het in veiligheid te brengen. Het geheel werd overgebracht naar het Rijksarchief in Brussel en daar omstreeks 1845 een eerste maal geklasseerd. De bescheiden werden in 2001 naar het nieuwe Rijksarchief in Leuven overgebracht.
De archiefstukken zijn vrij raadpleegbaar.
Voor de reproductie gelden de voorwaarden in tarieven van toepassing in het Rijksarchief.
Voor de bibliografie van de priorij van Zevenborren zie:
PERSOONS E., Prieuré de Sept-Fontaines, à Rode-Saint-Genèse, in Monasticon Belge, IV, 1970, 1105-1115.
MURET P., Kerkarchief van Brabant, deel II, Abdijen, priorijen en kartuizers (Algemeen Rijksarchief Gidsen 52), Brussel, 2001, 152-156.
De inventaris van het bestand werd in 1929 door Alfred d'Hoop gepubliceerd: Inventaire général des archives ecclésiastiques du Brabant, IV, Couvents et prieurés - béguinages - commanderies, Brussel, 1929. Een aanvulling volgde in 1930: Inventaire général des archives ecclésiastiques du Brabant, V, Étranger - Supplément Général, Brussel, 1930. Een supplement werd beschreven door Lefèvre. Het fonds kerkarchief Brabant werd met de oprichting van de nieuwe depots in Vlaams- en Waals-Brabant en in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest opgesplitst, waardoor het bestand van de priorij van Zevenborren in 2001 naar Leuven kwam. De oude inventaris van d'Hoop werd in 2014 door Estelle Grooters vertaald. Het geheel werd nog eens geredigeerd door Tom Bervoets, maar de inventaris is in de grond nog altijd steeds die van d'Hoop. De beschrijvingen van de ABA komen uit de inventaris van d'Hoop, het Monasticon Belge en uit de gids van Philippe Muret.
Egidius van Breedeyck (1389-1415)
Alardus de Gilhier (1415-1421)
Henricus Uten Bogaerde (1421-1431)
Johannes Beckers (1431-1432)
Johannes Pinsalinck (1432-1434)
Johannes Breton (1434-1436)
Guibertus Wesel (1436-1439)
Jacobus Voetwaters (1439-1443)
Bartholomeus Bergans (1443-1449)
Johannes Pinsalinck (1449-1454)
Henricus Uten Bogaerde (1454-1455)
Johannes Loocxberghe (1455-1458)
Jacobus Voetwaters (1458-1467)
Thomas Mooninx (1467)
Wilhelmus vanden Perre (1467-1474)
Paulus Wevele (1474)
Boudewijn Ploys (1474-1481)
Nicolaas Robrechts (1481-1509)
Laurentius van der Moortere (1509-1513)
Gaspardus van Meet (1513-1523)
Henricus de Kok (1523-1525)
Johannes Fremer (1525-1555)
Johannes Huard (1555-1558)
Henricus Roelants (1558-1596)
Josephus Borchgrave (1596-1619)
Johannes Vermeulen (1619-1636)
Marcus Mastelijn (1636-1652)
Henricus de Bruyne (1652-1662)
Phlippus van de Wouvere (1662-1666)
Antonius Cuyermans (1666-1686)
Thomas Franciscus de Bruyne (1686-1691)
Petrus Adam (1691-1698)
Johannes Franciscus Usselincx (1698-1739/1740)
Carolus Balthazar de Culembourg (1740-1763)
Alexander Walschaert (1763-1785)
15494 | Inventaris van de archieven van de priorij. [16de eeuw]. | ||||||||
15495 | Inventaris, met bijlagen, van de registers, bewijzen en documenten doorgegeven aan de Domeinen door advocaat Leerse. 1820. |