Inventaris van het archief van de heer, het leenhof, de schepenbanken en dorpsbesturen ['parochies'] van het Land van Gavere, 1535-1810

Archive

Name: Heer, Leenhof, Schepenbanken en Dorpsbesturen van het Land van Gavere

Period: 1535-1810

Inventoried scope: 43 linear meters

Archive repository: State archives in Ghent

Heading : Supralocal administrations (Ancien régime): Castellanies, bailiwicks and courts with supralocal competences

Inventory

Authors: Verfaillie, Joke

Year of publication: 2013

Code of the inventory: AR50

...

Archiefvormer

Naam

Heer van Gavere
Leenhof van Gavere
Schepenbank van Gavere
Schepenbank van Baaigem

Geschiedenis

Algemeen

De heerlijkheid Gavere of dus het Land van Gavere (1) was een omvangrijke heerlijkheid waarvan het territorium zich uitstrekte over elf dorpen in de westelijke helft van het huidige Oost-Vlaanderen, op de denkbeeldige noord-zuidas tussen Gent en Oudenaarde (2). Het betreft Baaigem, Dikkelvenne, Gavere, Hermelgem, Meilegem, Nederzwalm (ook Allerheiligenzwalm genoemd), Paulatem, Semmerzake, Sint-Maria-Latem, Vurste en Wassene (3). Daarnaast bevonden zich nog stukken van de heerlijkheid in enkele andere dorpen: Sint-Denijs-Boekel, zelf een dorpsheerlijkheid gehouden van het vorstelijke leenhof van de Polder van Namen en Triniteit (4); Munkzwalm, hoofdzakelijk gebied van de Gentse Sint-Baafsabdij en Welden bij Oudenaarde, waar behalve enkele enclaves het territorium van vier heerlijkheden gelegen was (5). In deze dorpen ging het vooral om kleine "spleten" op leenroerig niveau; voor het volledige archiefbestand van het Land van Gavere zijn hoofdzakelijk de elf eerstgenoemde plaatsen van belang.
De heer van Gavere kon, ter ondersteuning van het beheer van zijn heerlijkheid beschikken over drie instellingen, met name een leenhof voor de volledige heerlijkheid, een schepenbank te Baaigem voor het Baaigemse dorp en een schepenbank te Gavere voor de overige tien dorpen. De oorzaak van deze onevenwichtige tweedeling lag in het feit dat de samenstelling van het gebied reeds aan het begin van de 13de eeuw compleet zou zijn geweest (6), met uitzondering van Baaigem dat pas in de 14de eeuw bij Gavere werd gevoegd. De laatste van de elf lokaliteiten had op dat moment reeds een eigen schepenbank en zou deze behouden.
Het gebied, relatief gering van oppervlakte, bestond uit een aantal kleine dorpskernen met een totale bevolking van ca. 3185 personen aan het einde van de 14de eeuw - het restant van een bloeiende regio, die tijdens de middeleeuwen een cruciaal verbindingspunt op de grens tussen Vlaanderen en Brabant vormde (7). Toen tijdens de 11de eeuw het gebied tussen Schelde en Dender, het zogenaamde Land van Aalst, bij Vlaanderen werd ingelijfd, werd door de graaf via de heerlijkheid Gavere een belangrijke pion langs de Schelde gezet. De heren van Gavere beschikten immers over een versterkte burcht, die onder meer een rol speelde tijdens de Slag van Gavere in 1453. De vesting kreeg de daaropvolgende eeuwen veel zware klappen en werd uiteindelijk door de Fransen verwoest in 1658 (8).
In de 16de en 17de eeuw zou het resterende inwonersaantal door opeenvolgende oorlogsomstandigheden ten opzichte van die 3185 personen bijna halveren, om aan het begin van de 18de eeuw terug 2790 inwoners te bereiken (9). Aan het einde van het ancien régime evenaarde de regio uiteindelijk het 14de-eeuwse bevolkingsaantal. Hoofdzakelijk Gavere, Dikkelvenne, Semmerzake en in mindere mate Baaigem waren de meest uitgebreide centra binnen het gebied. Vurste en Wassene, daarentegen, waren qua inwoneraantal zodanig gedecimeerd dat beide dorpen tijdens de tweede helft van de 17de eeuw zowel op bestuurlijk als op kerkelijk vlak werden samengevoegd (10).
De heerlijkheid Gavere was een leen dat gehouden werd van het grafelijk leenhof ten Stene van het Land van Aalst. Dit feodale statuut werd door de heer van Gavere tijdens de 13de eeuw aanvankelijk betwist (11): het oorspronkelijke denombrement, als dat er ooit geweest was, was reeds in die eeuw zoek geraakt. De heer van Gavere beweerde dat Gavere een allodiaal goed was, terwijl de graaf van Vlaanderen dat ontkende. Via een oorkonde uit 1291 werd de kwestie opgelost (12): Raas van Gavere erkende de heerlijkheid in leen te houden van Gwijde van Dampierre. Het meest verspreide denombrement van Gavere, uit 1460, toont aan dat het in feite niet één, maar vijf verschillende lenen betrof (13). Het kasteel, het land en de heerlijkheid Gavere vormden de hoofdomschrijving en werden aangevuld met de justitie over de heerlijkheid, het ambt van erfachtig schenker van Vlaanderen, de vrije maalderij te wind en te water en de visserij in de Schelde. Dit laatste recht was bovendien ook geldig te Welden.
In 1518 kreeg het Land van Gavere de titel van graafschap. De heer, bijgevolg graaf van Gavere, verkreeg dit statuut samen met het ridderschap in de orde van het Gulden Vlies bij wijze van gunst, omdat de vorst eerder enkele van zijn verzoeken had afgewezen. De toenmalige heer van Gavere was immers ook heer van Zottegem; het was zijn ambitie geweest om beide Landen in één leen te verenigen en er de titel van markizaat voor te verkrijgen. Dit werd afgewezen, onder meer omdat daardoor minder leenmannen verplichtingen zouden hebben ten opzichte van de vorst als graaf van Vlaanderen. De verheffing tot graafschap volgde kort na deze weigering; in 1540 maakte Karel V van het Land van Gavere daarenboven een prinsdom of principauté (14).
Administratief gezien was het Land van Gavere één van de vijf roeden of baanderijen binnen de kasselrij Land van Aalst (15). Het gebied is dus te vergelijken met de andere vier roeden of baanderijen, met name het Land van Rode, het Land van Schorisse, het Land van Zottegem en het Land van Boelare (16). Alle elf dorpen van Gavere werden vanaf de 16de eeuw tot het fiscale district Aalst gerekend. De indeling in roeden was inderdaad vooral van belang op het bestuurlijke, met name het fiscale vlak. Zo werden alle belastingen op het niveau van het rijk verder verdeeld onder de gewesten, waarbij het graafschap Vlaanderen het grootste aandeel kreeg toebedeeld. Voor de verdere verdeling richting dorpen werd gewerkt volgens een repartitiesysteem, het zogenaamde transport van Vlaanderen waarin steden, kasselrijen, ambachten en verschillende Vlaamse districten waren opgenomen. Binnen Vlaanderen was het Land van Aalst de tweede grootste administratieve omschrijving, maar wel de hoogst belaste eenheid. De opdeling binnen de kasselrij bestond vervolgens uit acht entiteiten: Aalst, Geraardsbergen, de vijf roeden en de diverse parochies. Van die vijf roeden was Gavere veruit de kleinste en kreeg het dan ook het laagste belastingsaandeel toebedeeld (17).
Het Land van Aalst droeg daarenboven de zorg voor het welzijn van de inwoners en voor hun algemeen en particulier belang. De invloed van dit overheidsorgaan was dus breed en is duidelijk te merken in het voorliggende archiefbestand. De hoogbaljuw van Gavere was permanent lid van het Hoofdcollege van het Land van Aalst. In de rangorde van de vijf baljuws - naar analogie met de vijf roeden - nam hij de tweede plaats in, na de baljuw van het Land van Rode.
De voornaamste rechtsopvolgers van het Land van Gavere, dat voor de betrokken dorpen het laagste bestuurlijke niveau vormde, zijn de gemeenten die - mits enige tussenstappen via municipale kantons - eind 18de, begin 19de eeuw werden gecreëerd (18). Binnen het gebied van de voormalige heerlijkheid ontstonden tien gemeenten: Baaigem, Dikkelvenne, Gavere, Hermelgem, Meilegem, Nederzwalm, Paulatem, Semmerzake, Sint-Maria-Latem en Vurste, dat al van in het ancien régime tevens de dorpskern Wassene vertegenwoordigde. In 1849 wijzigde dit in negen gemeenten, door de fusie van de gemeenten Nederzwalm en Hermelgem tot het gecombineerde Nederzwalm-Hermelgem (19). De grootste fusiegolf volgde echter tijdens de jaren '70 van de 20ste eeuw. In 1971 fusioneerden in totaal elf gemeenten (waaronder Meilegem, Paulatem en Sint-Maria-Latem) tot de gemeente groot-Munkzwalm. Anno 1977 kwam daar nog Nederzwalm-Hermelgem bij, wat resulteerde in de huidige gemeente Zwalm (20). Tijdens datzelfde jaar werden Baaigem, Dikkelvenne, Gavere, Semmerzake en Vurste samen met het naburige Asper samengevoegd tot de huidige fusiegemeente Gavere (21). Beide gemeenten, Zwalm en Gavere, behoren tot het gerechtelijk arrondissement Oudenaarde. Zwalm wordt daarenboven ook tot het administratief arrondissement Oudenaarde gerekend, Gavere behoort tot het administratief arrondissement Gent.

Heer van Gavere

Uit een overzicht van de gekende heren van het Land van Gavere blijkt dat doorheen het ancien régime een aantal grote families deze heerlijkheid in handen hebben gehad (22). Daaronder bevonden zich een aantal prominente historische persoonlijkheden.
Er kunnen vier verschillende familiale groepen onderscheiden worden. Een eerste droeg de naam van het gebied en loopt minstens terug tot het midden van de 10de eeuw (23). Hoewel de naam ook op verschillende andere plaatsen opduikt, heeft slechts één tak van de familie van Gaver(e) effectief de heerlijkheid in zijn bezit gehad: het was immers één van de oudste en meest vermogende geslachten van het graafschap Vlaanderen. Raas I van Gaver kan in de 10de eeuw gesitueerd worden. Vanaf Raas II was er een ontegensprekelijk verband met het graafschap Vlaanderen: hij werd immers door de toenmalige graaf als erfelijk opperschenker aan het hof aangesteld. Raas III volgde zijn vader op in het Gaverse gebied en was tegelijk ook heer van Chièvres. Tot aan het begin van de 14de eeuw kan vervolgens een ononderbroken parenteel gevolgd worden via Jan van Gavere en Raas IV tot en met Raas VIII. Toen deze laatste in de Schelde te Gavere verdronk, eindigde met hem dan ook de rechtstreekse lijn. Hij had twee opeenvolgende huwelijken gehad, met respectievelijk Beatrix van Longueval en Beatrix van Strijen. Het is uiteindelijk zijn eerste dochter uit dat tweede huwelijk, namelijk Beatrix (Anna) van Gaver, die hem zou opvolgen voor wat betreft de heerlijkheden Gavere, Vinderhoute en Merendree.
Beatrix (Anna) van Gaver huwde met Gwijde van Montmorency, heer van Laval (24), in de vroege 14de eeuw. De heerlijkheid zou vervolgens gedurende twee eeuwen in het bezit blijven van die familie. Na een aantal heren die deze naam droegen, werd het gezag tijdelijk overgedragen op Anna van Montmorency-de Laval, weduwe van Jean de Montfort en gehuwd met ridder Gwijde Turpijn. Tegelijk met Gavere hadden zij ook de heerlijkheden Oordegem, Ottergem, Moregem, Velzeke, Vinderhoute en Merendree onder hun gezag; ze verbleven zelf echter niet in de regio. In de meeste overzichten raakt men vervolgens in het midden van de 15de eeuw het spoor van de heren van Gavere even kwijt. Er wordt aangenomen dat een zoon uit het eerste huwelijk van Anna van Montmorency-de Laval de heerlijkheid erfde. Wel is duidelijk wanneer het einde van de invloed van deze familie binnen de Gaverse regio aanbrak: in de periode 1515-1517 werd het Land van Gavere door een Jean de Laval verkocht aan Jacob van Luxemburg. De verkoper kan niet anders dan de erfgenaam zijn van de weduwe van Gwijde Turpijn, die als "madame la comtesse de Laval dame de Vitry de Gavre et de Tinteneur" wordt betiteld in het reeds aangehaalde denombrement van 1460.
Met Jacob van Luxemburg, heer van onder meer Zottegem, Fiennes en Armentières, gouverneur van Douai onder hertogin Maria van Bourgondië en raadsheer en kamerling van aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk, had Gavere een machtige heer. Het is dan ook deze persoon die het verzoek indiende om Gavere samen te voegen met Zottegem en er een markizaat van te maken. Zijn huwelijk met Marie van Berlaimont zorgde voor een opvolger die zijn voornaam droeg. Ook de volgende in lijn, de kleinzoon van de koper, heette Jacob. Diens huwelijk met Helena van Croy bleef bij zijn dood in het jaar 1550 echter kinderloos. De heerlijkheid Gavere werd geërfd door zijn oudste zus Francisca, die in het huwelijk trad met Jan van Egmont, ridder van de orde van het Gulden Vlies, heer van Bar, Hoogwoud, Aartswoud, Purmerend en stadhouder van Holland, Zeeland en Friesland. Door de verdiensten van deze graaf ontving Francisca van Luxemburg van Karel V op 12 oktober 1540 de titel van Prinsdom voor het Gaverse gebied.
Jan van Egmont legde de basis voor een volgende reeks heren van Gavere. Zijn zoon Karel was zijn opvolger, maar die stierf in het jaar 1541 ongehuwd te Cartagena. De heerlijkheid ging dus over op zijn broer Lamoraal van Egmont, de bekende graaf Egmont die omwille van zijn loyauteit tegenover de edelen in de strijd met Filips II in juni 1568 de dood op het Brusselse schavot vond. Lamoraal werd trouwens in de nabijheid van Gavere begraven (25): zijn graf is samen met dat van zijn echtgenote Sabina van Beieren te bezichtigen in de kerk van Zottegem. Rond 1645 werd die kerk echter platgebrand, zodat pas in 1804 beide loden kisten terug ontdekt werden (26).
Hij werd logischerwijze opgevolgd door zijn zoon Philip, die kinderloos stierf. Een tweede zoon van Lamoraal, genoemd naar hemzelf, was hetzelfde lot beschoren. Karel van Egmont, een derde zoon van de bekendste telg uit het geslacht, zou als volgende heer wel de verdere stamlijn voor Gavere verzekeren. Zijn zoon Lodewijk volgde hem immers op, waarna achtereenvolgens Philip en Lodewijk-Ernest de volgende heren van Gavere werden. Deze laatste had bijzondere belangstelling voor het gebied en stelde te Gavere de grootste van de drie regionaal bekende jaarmarkten in. Ook hij stierf echter kinderloos, zodat zijn broer Procope-Frans de titel prins van Gavere kreeg. Toen ook die heer zonder erfgenaam stierf, droeg hij bij erfstelling alle rechten op het graafschap Egmont, de hertogdommen Gelderen en Gulik en de vorstendommen Axel, Hoorne en Meus aan de Spaanse koning over. Gelukkig werden alle andere heerlijkheden geërfd door zijn zus, waaronder de heerlijkheid Gavere.
Maria Clara Angelina van Egmont was gehuwd met Nicolaas Pignatelli, waardoor de heren van Gavere de dubbele naam Egmont-Pignatelli gingen dragen. Hun zoon, Procope Maria Antoon Pignatelli, stierf in 1753; zijn erfgenaam Casimir Pignatelli zou de laatste heer van Gavere worden.
Gavere was uiteraard een grote heerlijkheid die de bovengenoemde personen in een aantal heerlijke rechten voorzag (27). Naast de rechten die één van de vijf afzonderlijke lenen vormden, namelijk justitie, het molenrecht en het visserijrecht, zijn het hoofdzakelijk financiële voordelen die een archiefspoor hebben nagelaten. De heer kon renten en cijnzen innen, bezat onder meer het recht op sterf- en wandelkoop, bastaard- en stragiersgoed en het beste hoofd, en beschikte over karweirecht. Daarenboven stond hij uiteraard in voor de benoeming van bepaalde functionarissen, zoals de baljuw en de griffier die beide voor het volledige Land van Gavere werden aangesteld. Hij bekrachtigde tevens de jaarlijkse vernieuwing van de schepenbanken en het leenhof.

Leenhof van Gavere

Tijdens de 15de eeuw telde het Land van Gavere reeds meer dan 100 achterlenen (28), die samen ook nog eens voor 36 tot 62 achterlenen van de tweede graad zorgden. De heerlijkheid was dus logischerwijze voorzien van een leenhof (29). Het hof, bestaande uit zeven leenmannen, had eerst en vooral een bestuurlijke taak: het moest immers de leenadministratie bijhouden.
Wat de gerechtelijke taken betreft, waren zowel de contentieuze rechtspraak - tot in 1759-1760 tot in de hoogste graad (30) - als de voluntaire rechtspraak duidelijk aanwezig. Volgens het denombrement uit 1460 ging het leenhof ten hoofde bij het leenhof van de Oudburg te Gent (31).

Schepenbank van Gavere

De schepenbank van Gavere was, van beide schepenbanken, de belangrijkste van de heerlijkheid. De instelling - in het denombrement van 1460 het soevereine schependom van Gavere genoemd - was bevoegd over alle dorpen, met uitzondering van Baaigem (32). Naast de baljuw, gemeenschappelijk voor het volledige Land van Gavere, bestond de instelling uit zes schepenen en een burgemeester. Daarenboven werden per dorp een ontvanger, pointers en zetters aangeduid. De schepenbank had zowel de gebruikelijke bestuurlijke als gerechtelijke bevoegdheden.
Wat het bestuurlijke aspect betreft, traden de gedeputeerden van de Twee Steden en het Land van Aalst op als toezichthoudende overheid. De schepenbank was als dorpsbestuur globaal gezien actief op regulerend, fiscaal en financieel, militair en politioneel vlak, zij het hoofdzakelijk uitvoerend.
Aangezien aan de heerlijkheid zowel lage, middele als hoge rechtspraak verbonden was, was de Gaverse schepenbank tot in 1759-1760 (33) in principe bevoegd voor alle graden van justitie. Halsmisdaden waren echter voorbehouden voor het leenhof. De willige rechtspraak bestond uit de traditionele elementen: registratie van allerhande akten en contracten en de aangifte van en wijzigingen in het beheer van nalatenschappen, bijgehouden in het kader van de voogdijbevoegdheid over wezen. Men ging ten hoofde bij de schepenbank van Velzeke.

Schepenbank van Baaigem

De samenstelling en bevoegdheden van de schepenbank van Baaigem waren vergelijkbaar met die van de schepenbank van Gavere. Zij golden slechts, zoals gezegd, voor het dorp Baaigem. In zekere mate was deze tweede schepenbank toch ondergeschikt aan zijn Gaverse tegenhanger: men moest daar immers ten hoofde gaan (34).

Archief

Geschiedenis

Over de lotgevallen van het Gaverse archief tijdens het ancien régime zijn geen rechtstreekse gegevens bekend. Gezien de manier waarop verschillende onderdelen van het huidige bestand in het Rijksarchief zijn terechtgekomen, kan worden verondersteld dat het archief van het leenhof en van beide schepenbanken bij lokale functionarissen thuis werd bewaard. Er kon geen enkel spoor worden teruggevonden van het bestaan van een eventuele eigentijdse inventaris.
Het onbreken van veel documenten van de heren van Gavere kan erop wijzen dat dergelijke stukken apart werden bewaard; ze werden daarenboven hoogstwaarschijnlijk geconfisqueerd aan het einde van het ancien régime of naar aanleiding van de terechtstelling van Egmont in 1568.

Verwerving

De archiefstukken in deze toegang werden tijdens de 19de eeuw toegevoegd aan de collectie van het Rijksarchief te Gent. In het repertorium dat werd opgesteld door Felix Henri d'Hoop in 1886 komen ze in ieder geval reeds voor (35); maar in tegenstelling tot de meeste heerlijkheids- en schepenbankarchieven uit de regio waren ze tijdens de Franse overheersing niet overgebracht naar de griffie van de rechtbank van Eerste Aanleg. Via deze laatste instelling kwamen diverse bestanden anno 1875 in het Rijksarchief te Gent terecht.
Het archief van het Land van Gavere was reeds tijdens de eerste twee decennia van het jonge België gedeponeerd bij het provinciaal archief te Gent en maakte deel uit van een groter conglomeraat (36). Eén blok was in 1837 afgeleverd door een zekere heer Varenberge, neef van de laatste griffier van het Land van Gavere en bestond bijgevolg grotendeels uit stukken van dat prinsdom. Een tweede en derde blok werden in oktober 1846 afgeleverd door Hippolyte Ghyselinck, kleinzoon van de vroegere griffier van Sint-Denijs-Boekel. Het bestond uit lokaal archief van Sint-Denijs-Boekel en Wijlegem en persoonsarchief van griffier Ghyselinck dat was opgemaakt in het kader van zijn diverse ambten (37). Aan het begin van de 20ste eeuw onderging dit conglomeraat, bestaande uit de originele drie blokken, een herinventarisatie, wat resulteerde in een Franstalige toegang.
Bij de oprichting van het arrondissementeel depot te Ronse in 1964 werd een ruwe splitsing uitgevoerd. Het archief van het Land van Gavere bleef te Gent, de stukken van Sint-Denijs-Boekel en van Wijlegem verhuisden naar Ronse (38). De Franstalige toegang werd eenvoudigweg behouden in de vorm van een gedeelte Gent en een gedeelte Ronse. Voor het Gents gedeelte, het archief van het Land van Gavere, bleef een vertaalde versie van diezelfde toegang tot op heden gelden. Het gedeelte uit Ronse werd ca. 2004 bewerkt door B. Augustyn: ze splitste het archief van Wijlegem af van dat van Sint-Denijs-Boekel. Toen dat Rijksarchief op 1 oktober 2009 werd opgeheven, werden de stukken opnieuw naar Gent getransporteerd. Sindsdien zijn de drie, bij uitbreiding vier bestanden (Land van Gavere, Sint-Denijs-Boekel, Wijlegem en persoonsarchief Ghyselinck) in bewerking.
Wat specifiek het Land van Gavere betreft, werd ernaar gestreefd zo veel mogelijk archiefvormers te identificeren en de desbetreffende stukken - meestal latere toevoegingen aan het conglomeraatbestand - apart te behandelen, als afkomstig van zelfstandige archiefvormers. Dit resulteerde in een aantal nieuwe inventarissen, naast het voorliggende hoofdbestand (39).

Inhoud

Dit archiefbestand bevat lokaal overheidsarchief van en over de verschillende dorpen die deel uitmaakten van het Land van Gavere en van en over de heerlijkheid in zijn totaliteit. De stukken dateren grosso modo uit de 16de tot 18de eeuw, met een overwicht wat de laatste twee eeuwen betreft. Het archief van de heer bestaat hoofdzakelijk uit documenten betreffende het beheer van het heerlijk patrimonium, op te delen in een luik goederen en een luik financiën. Er zijn tevens enkele stukken bewaard betreffende geschillen waarin de heer belanghebbende partij was.
Van het archief van het leenhof zijn zowel bestuurlijke als gerechtelijke stukken bewaard: het betreft hoofdzakelijk de leenadministratie met bijhorend financieel beheer en de contentieuze en willige rechtspraak.
Het archief van beide schepenbanken bevat een aantal uitgebreide basisreeksen. Bij het bestuurlijke gedeelte betreft het staten van lasten, ommestellingskohieren, rekeningen en bewijsstukken bij rekeningen, alle opgesteld binnen een fiscale context. Daarnaast illustreren een minderheid aan stukken de activiteiten van de schepenbanken op regulerend, militair en politioneel vlak.
In het gerechtelijke luik is vooral de willige rechtspraak omvangrijk, met de registratie van allerhande akten en contracten en van het goederenbeheer van particulieren. Deze laatste documenten bevatten de zogenaamde staten van goed, opgesteld in het kader van de voogdij die de schepenen over wezen uitoefenden.

Ordening

Voor de ordening van dit bestand werd een archiefschema opgesteld conform de standaard van het Belgische Rijksarchief, volgens de eigenheid van de stukken (40). De basisstructuur, bestaande uit archief van de verschillende aanwezige archiefvormers en uitgebreid met een categorie 'stukken zonder aanwijsbaar verband', is als volgt:

I. ARCHIEF VAN DE HEER
A. Algemeen
1. Personeel
2. Archief
B. Beheer van het heerlijk patrimonium
1. Rechten
2. Goederen(complexen)
a. Status, verwerving en verhef
b. Beheer
1. Registratie
2. Transacties
3. Financiën
a. Boekhouding
b. Verantwoording
C. Afhandeling van geschillen waarbij de heer betrokken is
1. Algemeen
2. Procesdossiers
II. ARCHIEF VAN HET LEENHOF
A. Algemeen
B. Het leenhof als bestuurlijk orgaan
1. Besluiten en verordeningen
2. Leenadministratie
a. Leggers
b. Akten
3. Financieel beheer
C. Het leenhof als gerechtelijk orgaan
1. Rechtspraak in geschillen
a. Registratie van de rechtsgang
1. Algemene registratie
2. Bijzondere fasen
b. Procesdossiers
2. Willige rechtspraak
a. Algemeen
b. Akten betreffende persoonlijke lasten
c. Akten betreffende "erfenissen"
III. ARCHIEF VAN DE SCHEPENBANK VAN GAVERE
A. Algemeen
1. Personeel
2. Archief
3. Afhandeling van geschillen waarbij de wethouders betrokken zijn
B. De schepenbank als bestuurlijk orgaan
1. Algemeen
a. Besluiten en verordeningen
b. Bekendmakingen
2. Beheer van gemeentelijke eigendommen
3. Financieel beheer
a. Uitvoering van de omslagbelastingen
1. Algemeen
2. Dikkelvenne
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Rekenplichtigheid
3. Gavere
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Inning van de lasten
e. Rekenplichtigheid
4. Hermelgem
a. Vaststelling van de lasten
b. Vestiging van de aanslag
c. Rekenplichtigheid
5. Meilegem
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Rekenplichtigheid
6. Nederzwalm
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Rekenplichtigheid
7. Paulatem
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Rekenplichtigheid
8. Semmerzake
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Rekenplichtigheid
9. Sint-Maria-Latem
a. Vaststelling van de lasten
b. Vestiging van de aanslag
c. Rekenplichtigheid
10. Vurste en Wassene
a. Grondregistratie
b. Vaststelling van de lasten
c. Vestiging van de aanslag
d. Inning van de lasten
e. Rekenplichtigheid
b. Uitvoering van de 20ste penningbelasting
c. Uitvoering van de tiendenbelasting
d. Beheer van lokale inkomsten en uitgaven
4. Uitvoering van militaire taken
a. Algemeen
b. Dikkelvenne
c. Gavere
d. Hermelgem
e. Nederzwalm
f. Paulatem
g. Sint-Maria-Latem
5. Zorg voor het algemeen welzijn
a. Handhaving van de openbare orde en veiligheid
b. Bevordering van het economisch leven
c. Toezicht op het financieel beheer van kerken en armentafels
C. De schepenbank als gerechtelijk orgaan
1. Rechtspraak in geschillen
a. Juridische documentatie
b. Registratie van de rechtsgang
1. Algemene registratie
2. Bijzondere fasen
c. Procesdossiers
2. Willige rechtspraak
a. Bekrachtiging van akten
1. Algemeen
a. Akten betreffende persoonlijke lasten
b. Akten betreffende "erfenissen"
2. Schenkingen
3. Verpachting van kerktienden
a. Gavere
b. Paulatem
c. Sint-Maria-Latem
d. Vurste en Wassene
4. Verpachting van kerk- en armengoederen
a. Dikkelvenne
b. Gavere
c. Hermelgem
d. Meilegem
e. Nederzwalm
f. Paulatem
g. Semmerzake
h. Sint-Maria-Latem
i. Vurste en Wassene
5. Overige lokale verpachtingen
a. Dikkelvenne
b. Gavere
c. Semmerzake
b. Voogdij over wezen
c. Toezicht op het goederenbeheer van particulieren
IV. ARCHIEF VAN DE SCHEPENBANK VAN BAAIGEM
A. De schepenbank als bestuurlijk orgaan
1. Algemeen
2. Financieel beheer
a. Uitvoering van de omslagbelastingen
1. Grondregistratie
2. Vaststelling van de lasten
3. Vestiging van de aanslag
4. Rekenplichtigheid
b. Beheer van lokale inkomsten en uitgaven
3. Uitvoering van militaire taken
4. Toezicht op het financieel beheer van de kerk en de armentafel
B. De schepenbank als gerechtelijk orgaan
1. Rechtspraak in geschillen
a. Algemene registratie van de rechtsgang
b. Bijzondere fasen van de rechtsgang
2. Willige rechtspraak
a. Bekrachtiging van akten
1. Algemeen
a. Registers
b. Akten betreffende persoonlijke lasten
c. Akten betreffende "erfenissen"
2. Bijzondere reeksen
a. Verpachting van kerktienden
b. Verpachting van kerk- en armengoederen
b. Voogdij over wezen
c. Toezicht op het goederenbeheer van particulieren
V. STUKKEN ZONDER AANWIJSBAAR VERBAND

Hoofdzakelijk over de ordening van beide schepenbankarchieven kunnen enkele opmerkingen worden geformuleerd. Wegens het geringe aantal stukken werd bij de rechtspraak in geschillen geen verdere opdeling gemaakt op basis van eventuele procedure of graad van justitie. Bij de bekrachtiging van akten, onderdeel van de willige rechtspraak, werd een onderscheid gemaakt tussen de algemene reeksen - door de archiefvormer telkens opgesplitst in akten betreffende persoonlijke lasten (renten, borgstellingen, etc.) en akten betreffende "erfenissen" (verkopen, verpachtingen, etc.) (41) - en bijzondere reeksen, namelijk stukken betreffende schenkingen, verpachting van kerktienden, verpachting van kerk- en armengoederen en andere lokale verpachtingen. Aangezien al deze stukken bij de akten en contracten werden aangetroffen en vaak registratiekenmerken vertonen, werden ze onder de willige rechtspraak geklasseerd. Het luik 'toezicht op het financieel beheer van kerken en armentafels' werd, waar nodig, voorzien van een verwijzing.
Binnen de bestuurlijke taken van de schepenbanken, meer bepaald bij het financieel beheer, werd een bijkomend onderscheid gemaakt tussen documenten die werden gecreëerd in het kader van het fiscaal beheer en documenten die louter lokale inkomsten en uitgaven betroffen. Die laatste categorie bevat tevens de financiële afhandeling van militaire lasten; de uitvoering van militaire leveringen etc. werd geordend onder de aparte titel die daarvoor in het standaardschema voorzien is.
Het spreekt vanzelf dat de ordening van de Gaverse schepenbank, verantwoordelijk voor een groot aantal dorpen, meer in de diepte is uitgewerkt dat die van zijn Baaigemse tegenhanger. Waar mogelijk werd als laatste ordeningsniveau het dorp gebruikt, met één uitzondering: bij het financieel beheer in het bestuurlijke luik, meer bepaald bij toepassing van het belastingsstelsel - omslagbelastingen, vormen de dorpen het voorlaatste ordeningsniveau. Per dorp werden de fiscale stukken vervolgens ingedeeld onder het traditionele vijfluik: grondregistratie, vaststelling van de lasten, vestiging van de aanslag, inning van de lasten en rekenplichtigheid.
Op twee plaatsen werd het archiefschema betreffende deze grootste instelling overigens afgevlakt, ten behoeve van het aantal beschikbare titelniveaus in het inventarisatiesjabloon van het Rijksarchief. Dit is het geval bij het financieel beheer (bestuurlijk luik) en bij de bekrachtiging van akten (gerechtelijk luik): binnen die specifieke onderdelen werd het onderscheid algemeen-bijzonder op titelniveau aangepast, in tegenstelling tot bij de schepenbank van Baaigem waar dit expliciet kon behouden worden.

Voorwaarden voor de raadpleging

Het archief is ouder dan 100 jaar en bijgevolg openbaar. De raadpleging is vrij.

Voorwaarden voor de reproductie

Voor de reproductie van archiefstukken gelden de voorwaarden en tarieven van toepassing in het Rijksarchief zoals verschenen in het Belgisch Staatsblad op 23 september 2011, onder voorbehoud van herziening.

Fysieke kenmerken en technische vereisten

Een aantal van de losse stukken in deze inventaris hebben een perkamenten drager. Zij werden als dusdanig aangeduid. Waar nodig werd een opmerking toegevoegd over de fysieke staat van de documenten, hetzij betreffende een uitgevoerde restauratie, hetzij betreffende een slechte toestand.

Toegangen

Met deze toegang wordt het oude toegangsnummer 085 van het Rijksarchief te Gent integraal vervangen: Inventaris van het archief van het Land van Gavere, 1531-1796 (Rijksarchief te Gent, toegang 085), Gent, 1990 (vertaling van oudere versie, ca. 1900).
Het bestand bevat enkele archiefstukken die werden afgescheiden van andere bestanden, zoals te zien is in de concordans. Deze toegang vervangt uiteraard ook de beschrijving van die stukken in hun vroegere inventarissen. Het betreft hoofdzakelijk stukken uit het oud archief van Dikkele, Sint-Denijs-Boekel en Wijlegem en uit het Algemeen Familiefonds: VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer en de schepenbank van Dikkele (Rijksarchief te Gent, toegang 297), Brussel, 2013; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer, het leenhof en de schepenbank van Sint-Denijs-Boekel (Rijksarchief te Gent, toegang 296), Brussel, 2013; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer en de schepenbank van Wijlegem (Rijksarchief te Gent, toegang 295), Brussel, 2013 en Inventaris van de algemene verzameling van familiearchieven (Algemeen Familiefonds), bewaard in het Rijksarchief te Gent (Rijksarchief te Gent, toegang 191), Gent, s.d., 8 dln.
Daarenboven werden enkele stukken, die in het verleden werden afgescheiden richting persoonsarchief Ghyselinck, opnieuw geïntegreerd en werden enkele stukken toegevoegd uit een variabestand van het Rijksarchief te Ronse waarop geen toegang bestond. Een laatste toevoeging betreft een stuk uit de kerkarchief van Paulatem, dat tijdens herinventarisatie werd afgescheiden uit dat bestand. De oude toegang waarin het stuk was opgenomen heeft de volgende referentie: VAN DER DONCKT R., Paulatem, in Inventarissen van archieven van kerkfabrieken (Oud Regiem). Deel I (Rijksarchief te Ronse, toegang 201/64), Brussel, s.d.

Aanwijzingen voor het gebruik

De aanwezige archiefstukken in dit bestand werden gedetailleerd beschreven. Een index van persoons- en plaatsnamen is voor de raadpleger een extra hulpmiddel. Waar gebruik werd gemaakt van pro-memoriebeschrijvingen, werd de eigenlijke locatie per bestanddeelnummer in een secundair beschrijvingskenmerk weergegeven.
De documenten kunnen worden aangevraagd door het opgeven van het nummer van de toegang (vermeld op het titelblad en in de rechterbovenhoek van elke bladzijde), namelijk 085, en het bestanddeelnummer dat wordt aangetroffen links voor elke archiefbeschrijving. Het verdient daarenboven aanbeveling om, bij het verwijzen naar documenten in een wetenschappelijke tekst, het archief de eerste maal te citeren met zijn volledige naam. Nadien kan worden volstaan met een verkorte referentie (42).

Bestaan en bewaarplaats van originelen

Hoofdzakelijk betreffende de eerste archiefvormer, de heer, kunnen aanvullende stukken worden gesignaleerd. Het Land van Gavere en het Land van Zottegem waren ooit gelijktijdig bezit van dezelfde familie, waardoor een aantal stukken, opgemaakt in het kader van het beheer van beide heerlijkheden, inhoudelijk de twee gebieden bestrijken. Het betreft hoofdzakelijk documenten in het archiefbestand Land van Zottegem: VAN ISTERDAEL H., Inventaris van het archief van het Land van Zottegem (Rijksarchief te Gent, toegang ex-Ronse 131), Brussel, 1986. Indien nodig werden zij in onderhavige inventaris in pro-memorievorm opgenomen, eventueel in aangepaste versie.
Zoals Herman Van Isterdael reeds opmerkte bij bovengenoemde inventarisatie, is het aantal beschikbare archiefstukken van de heren van Gavere bijna op één hand te tellen. Pogingen om het eigenlijke familiearchief van de Egmont(-Pignatelli')s terug te vinden, liepen in het verleden op niets uit. Sinds 1752, datum van de verkoop van een aantal eigendommen van de Egmonts te Brussel, is men het spoor bijster. Slechts enkele kleine fragmenten werden gelokaliseerd: zo is in de Archives Départementales de la Somme te Amiens een deelarchief te vinden dat handelt over bezittingen van de familie te Henegouwen. Men raadplege NAZET J., Inventaire d'archives de la famille d'Egmont-Pignatelli concernant la terre et pairie de Lens (Hainaut) - conservées aux Archives Départementales de la Somme à Amiens, XIIIe - XVIIIe siècles (Miscellanea Archivistica XI), Brussel, 1975 voor verdere details over de inhoud.
Wat Vlaanderen betreft is de T-reeks van de Archives Nationales te Parijs hoogstwaarschijnlijk interessanter. In deze reeks, waarin inbeslaggenomen stukken uit de Franse Revolutie werden ondergebracht, bevinden zich documenten over de bezittingen van de familie Egmont-Pignatelli in de Franse departementen en regio's Nord, Aisne, Pas-de-Calais, Somme, Ardennes en Vaucluse, maar ook stukken relaterend aan inbeslaggenomen gronden en heerlijkheden in het huidige België, Nederland en Italië, periode 1227-1791. Zie Papiers du comte d'Egmont-Pignatelli (Archives Nationales, toegang T159), Paris, 1891-1935.
Dichter bij huis zijn onder meer enkele rekeningen betreffende het beheer van de heerlijkheid Land van Gavere te vinden, respectievelijk bewaard in de geconsigneerde stukken van het archief van de Raad van Vlaanderen (Rijksarchief te Gent) en in de rekeningen van geconfisqueerde goederen in het archief van de Rekenkamer (Algemeen Rijksarchief te Brussel). Zij werden in onderhavige inventaris in pro-memorievorm opgenomen en zijn afkomstig uit BUNTINX J., Inventaris van het archief van de Raad van Vlaanderen (Rijksarchief te Gent, toegang 008), Brussel, 1964-1979, 9 dln. en GACHARD L.P., Inventaire des archives des Chambres des Comptes, précédé d'une notice historique sur ces anciennes institutions, Volume 3, (Algemeen Rijksarchief, toegang I 004), Brussel, 1837-1851.
Stukken uit een ander archiefblok dat verband houdt met de Rekenkamer, dat van de oorkonden van Vlaanderen, kunnen hierbij als aanvullend worden beschouwd. Het betreft bestanddeelnummers 2074 en 2828 uit Voorlopige inventaris van de charters van Vlaanderen, 1e reeks (9de-17de eeuw) (Algemeen Rijksarchief, toegang T 014), Brussel, 1994. In het bestand van de Grote Raad van Mechelen kan een pak documenten worden teruggevonden die beschreven werden als "papiers du comte d'Egmont". Het betreft bestanddeelnummer 836 van volgende toegang: PUT E., Officie-fiscaal van de Grote Raad van Mechelen. Dossiers, werkbeschrijvingen (Algemeen Rijksarchief, toegang T 318), Brussel, 1995. Tot slot bevinden zich in de handschriftenverzameling van datzelfde Algemeen Rijksarchief, onder bestanddeelnummers 1316, 1367 en 1651, tevens enkele stukken betreffende de graaf van Egmont als prins van Gavere: CUVELIER J., Handschriftenverzameling. Klapper van de nummers 1148-2771 (Algemeen Rijksarchief, toegang T 118), Brussel, 1992 en Catalogue de la collection des manuscrits divers. Supplément (Algemeen Rijksarchief, toegang I 115), Brussel, 1956. Betreffende de graaf van Egmont in het algemeen kunnen uiteraard nog diverse stukken worden teruggevonden, onder meer betreffende zijn terechtstelling (43). Raadpleging van het archief van centrale en supracentrale instellingen is daarbij aangewezen. Het bestaan van ander los archiefmateriaal van de heren en het Land van Gavere in het algemeen, verspreid over diverse bestanden, wordt evenmin uitgesloten.

Documenten met een verwante inhoud

Uit de archiefgeschiedenis is gebleken dat het bestand Land van Gavere nauwe verwantschap vertoont met drie andere bestanden, namelijk twee archieven van lokale ancien régimeinstellingen en een persoonsarchief. Het oud archief van Sint-Denijs-Boekel en van Wijlegem werd recent geïnventariseerd: VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer, het leenhof en de schepenbank van Sint-Denijs-Boekel (Rijksarchief te Gent, toegang 296), Brussel, 2013 en VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer en de schepenbank van Wijlegem (Rijksarchief te Gent, toegang 295), Brussel, 2013.
Het persoonsarchief Ghyselinck, dat een groot aantal ambtelijke stukken bevat betreffende de functies die hij in bovenstaande instellingen vervuld heeft, is slechts via een plaatsingslijst toegankelijk: VERFAILLIE J., Plaatsingslijst van het persoonsarchief van Pieter Joannes Ghyselinck (Rijksarchief te Gent, toegang 299), Gent, 2013. Deze werd grotendeels gebaseerd op de bijlagen in NECKEBROECK V., Het archief van de griffier? Het voorbeeld van Pieter Joannes Ghijselinck (1735-1803), onuitgegeven verhandeling ManaMa Archivistiek, Brussel, 2012 en wordt momenteel aangevuld. Voor het Land van Gavere is vooral de grote reeks procesdossiers belangrijk, die in de oude inventaris waren toegekend aan de schepenbanken van Gavere en Baaigem maar die inhoudelijk veel ruimer zijn dan die lokaliteiten: het waren de dossiers die Pieter Joannes Ghyselinck zelf bijhield in zijn hoedanigheid van onder meer procureur. Het betreft zaken die voorkwamen voor allerhande schepenbanken, laat- en leenhoven uit het zuiden van Oost-Vlaanderen. Aanvullend kan ook het kleine familiearchief Varenbergh aangestipt worden. Twee opeenvolgende generaties Varenbergh vervulden tijdens de 18de eeuw immers de functies van griffier en heerlijk ontvanger van het Land van Gavere: VERFAILLIE J., Plaatsingslijst van het archief van de familie Varenbergh en aanverwante families (Rijksarchief te Gent, toegang 300), Gent, 2013.
Op lokaal niveau kunnen oude en moderne kerkarchieven voor aanvullende gegevens zorgen. Wat het oud kerkarchief betreft, zijn van alle dorpen van het Land van Gavere bestanden aanwezig in de depots van het Rijksarchief te Gent, inclusief archieven uit het voormalige Rijksarchief te Ronse. Hun toegangen zijn: VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Baafs te Baaigem (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4BAA), Brussel, 2011; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Petrus te Dikkelvenne (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4DKV), Brussel, 2011; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Amandus te Gavere (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4GAV), Brussel, 2011; Nederzwalm - Hermelgem - Sint-Maria-Latem, in VAN DER DONCKT R. en VERSCHAEREN J., Inventarissen van archieven van kerkfabrieken deel 1 (Oud Regiem) (Rijksarchief te Gent, toegang ex-Ronse 201/62), Brussel, 1971; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Martinus te Meilegem (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4MLG), Brussel 2011; SOMERS A. en VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de Sint-Gangulfusparochie te Paulatem (Rijksarchief te Gent, toegang 292), Brussel, 2013; Semmerzake, in Archieven van Oostvlaamse kerkfabrieken deel 3 (Oud Regiem) (Rijksarchief te Gent, toegang 004/3SEM), Brussel, 1976, p. 201-204 en Vurste (& Wassene), in Archieven van Oostvlaamse kerkfabrieken deel 2 (Oud Regiem) (Rijksarchief te Gent, toegang 004/2VUR), Brussel, 1969.
Wat modern kerkarchief betreft, bevinden veel stukken zich nog ter plaatse. Vaak werden ze reeds opgelijst en toegankelijk gemaakt via inventarissen die uitgegeven worden door het Oost-Vlaams Verbond van de Kringen voor Geschiedenis, in samenwerking met het Rijksarchief. Van een aantal dorpen wordt tevens modern kerkarchief in het Rijksarchief te Gent (arrondissement Gent) of Beveren (arrondissement Oudenaarde) bewaard. De toegangen hiertoe zijn: DECRITS M., Inventaris hedendaagse parochiale archieven Nederzwalm-Hermelgem (Alle-Heiligen), in Inventarissen van archieven van kerkfabrieken deel IV (Rijksarchief te Beveren, toegang ex-Ronse 204/17), Brussel, s.d.; VAN BOCKSTAELE G., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Pietersbanden te Semmerzake (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4SEM2), Gent, 2010 en VAN BOCKSTAELE G., Inventaris van het archief van de kerkfabriek en parochie Sint-Martinus te Vurste (& Wassene) (Rijksarchief te Gent, toegang 004/4VUR2), Gent, 2012. Van Baaigem, Dikkelvenne, Gavere, Meilegem, Paulatem en Sint-Maria-Latem zijn dus geen bestanden in het Rijksarchief aanwezig.
Aanvullende bronnen kunnen worden gevonden in het archief van de hedendaagse gemeenten, de rechtsopvolgers van de lokale instellingen tijdens het ancien régime. Van de meeste dorpen uit het Land van Gavere worden in de Rijksarchieven te Gent (arrondissement Gent) en te Beveren (arrondissement Oudenaarde) 19de-eeuwse en begin 20ste-eeuwse stukken bewaard, alle van voor de fusies van de jaren 1970: Inventaris van gemeentearchief van Baaigem (Rijksarchief te Gent, toegang 013/BAA), Gent, 1958; Inventaris van gemeentearchief van Dikkelvenne (Rijksarchief te Gent, toegang 013/DIK), Gent, 1958; Inventaris van gemeentearchief van Gavere (Rijksarchief te Gent, toegang 013/GAV), Gent, 1958; Meilegem, in Inventarissen van hedendaagse gemeentearchieven deel 2 (Rijksarchief te Beveren, toegang ex-Ronse 247), Ronse, 1992; VANCAUWENBERGHE S., Inventaris hedendaags gemeentearchief Paulatem (Rijksarchief te Beveren, toegang ex-Ronse 307), Ronse, 2002; Gemeente Semmerzake (Rijksarchief te Gent, toegang 013/SEM), Gent, 1958; Sint-Maria-Latem, in Inventarissen van hedendaagse gemeentearchieven deel 2 (Rijksarchief te Beveren, toegang ex-Ronse 282), Ronse, 1992 en Inventaris van gemeentearchief van Vurste (& Wassene) (Rijksarchief te Gent, toegang 013/VUR), Gent, 1969. Enkel van voormalige gemeente Nederzwalm-Hermelgem bestaat geen bestand in de Belgische Rijksarchieven. Voor deze twee dorpen en recentere stukken van de overige dorpen dient men zich te wenden tot de respectievelijke fusiegemeenten waarin die dorpen zijn ondergebracht.
Archieven van geënclaveerde heerlijkheden kunnen hiaten in de lokale geschiedenis opvullen. Uit het conglomeraatbestand Land van Gavere werden een aantal heerlijkheidsarchieven afgescheiden en geïnventariseerd. Met uitzondering van ter Beken te Dikkelvenne, dat afhing van het Land van Rode, betreft het telkens volle lenen die gehouden werden van het leenhof van het Land van Gavere. Als toegangen kunnen onder meer worden aangestipt: VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer en het leenhof van Lilare te Gavere (Rijksarchief te Gent, toegang 085/3), Brussel, 2011; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer, het leenhof en het laathof van ter Heiden te Paulatem (Rijksarchief te Gent, toegang 085/4), Brussel, 2011; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van het leenhof en de schepenbank van ter Beken te Dikkelvenne (Rijksarchief te Gent, toegang 085/5), Brussel, 2011; VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van het leenhof van den Uijtvanck en van de heer en het laathof van Vanden Spieghele te Semmerzake (Rijksarchief te Gent, toegang 085/6), Brussel, 2011 en VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de heer, het leenhof en de schepenbank van Baudries te Dikkelvenne (Rijksarchief te Gent, toegang 085/7), Brussel, 2011.
Afsluitend kan op het lokale niveau nog één archief worden aangewezen, dat eveneens uit het conglomeraatbestand werd afgescheiden. Het betreft het archief van de Gaverse Sint-Sebastiaansgilde: VERFAILLIE J., Inventaris van het archief van de Sint-Sebastiaansgilde te Gavere (Rijksarchief te Gent, toegang 085/2), Brussel, 2011.
Op een hoger administratief niveau is er uiteraard het uitgebreide archief van de kasselrij Land van Aalst, dat in het stadsarchief te Aalst kan worden geraadpleegd. De tweedelige toegang met uitgebreide inleiding is van de hand van Herman Van Isterdael: VAN ISTERDAEL H., Archief van het Land van Aalst, 1342-1796 (1814), Brussel, 1994, 2 dln. Naast de bestuurlijke stukken van het Hoofdcollege is ook het deelbestand van het leenhof, waarvan het Land van Gavere als heerlijkheid gehouden werd, relevant.
Tot slot sluiten enkele bestanddeelnummers van de kaartenverzameling van het Gentse Rijksarchief ten dele aan bij dit bestand. Het betreft hoofdzakelijk de nummers 410, 499, 1025, 1097, 1661, 1687, 1882, 2194, 2401 en 2511, die alle de ligging van bepaalde percelen, hoeves of wegen en waterlopen in één of meerdere van de dorpen van het Land van Gavere aangeven. Bestanddeelnummer 1660 biedt een ruimere blik (44): het betreft een kaart van delen van het Land van Gavere over de Schelde uit 1787. Overzichtskaarten van (delen van) het Land van Aalst sluiten het rijtje van mogelijkheden af: zo wordt er te Gent een uitgave van de Horenbaultkaart van het Land van Aalst uit 1596 bewaard, waarvan het origineel zich in Parijs bevindt. Voor alle verwijzingen, zie DE REU P., Catalogus van de Kaartenverzameling van het Rijksarchief te Gent, (1358) 16de eeuw - midden 20ste eeuw (1989) (Rijksarchief te Gent, toegang 065), Brussel, ter perse.

Bibliografie

AUGUSTYN B., Archiefvormers in het gerechtelijk arrondissement Oudenaarde (Gidsen 57), Brussel, 2002, 2 dln.
BUNTINX W., AUGUSTYN B., CEÛPPENS L. en VERFAILLIE J., Archiefvormers in het gerechtelijk arrondissement Gent, Brussel, 2008, 3 dln.
DE LIEDEKERKE R., La maison de Gavre et de Liedekerke. Histoire de la ligne directe depuis l'originel jusqu'à nos jours, Brugge, 1961-1969, 2 dln.
DE LIMBURG-STIRUM T., Le château de Gavre d'après un ancien sceau. Les tapisseries de la famille de Gavre au château d'Aiseau, in Messager des sciences historiques, 1875, p. 136-163.
DE LIMBURG-STIRUM T., Les sceaux de la famille de Gavre, Brussel, 1891.
DE LIMBURG-STIRUM T., Les seigneurs de Gavre, Brussel, 1926.
DE POTTER F. en BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen. Eerste reeks: Arrondissement Gent, Gent, 1864-1870, 8 dln.
DE POTTER F. en BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen. Vijfde reeks: Arrondissement Aalst, Gent, 1895, 4 dln.
DE SMET A., De Egmonts te Gavere, in Handelingen van het Zottegems Genootschap voor Geschiedenis en Oudheidkunde, 1999, IX, 1, p. 143-144.
DE SMET A. en TIMMERMAN R., Gavere, in Jaarboek van de Zottegemse culturele kring, 1963-1964, 15, p. 9-191.
GALESLOOT L., Le comte de Laval réintégré dans le château et la seigneurie de Gavre par un arrêt du Grand Conseil de Malines, in Messager des sciences historiques, 1882, p. 177-185.
NECKEBROECK V., Het archief van de griffier? Het voorbeeld van Pieter Joannes Ghijselinck (1735-1803), onuitgegeven verhandeling ManaMa Archivistiek, Brussel, 2012.
PIETERS J., Een bladzijde uit de geschiedenis van het Land van Gavere (1483-1494), in Land van Aalst, 1970, 22, 3, p. 97-108.
STUIP R.E.V., Le seigneur de Gavre, een heer van stand, in Gewone mensen in de Middeleeuwen. Bundel studies aangeboden aan F.W.N. Hugenholtz ter gelegenheid van zijn afscheid, Utrecht, 1987, p. 202-218.
VAN ISTERDAEL H., Archief van het Land van Aalst, 1342-1796 (1814), Brussel, 1994, 2 dln.
VAN ISTERDAEL H., Beknopt overzicht van de archieven en verzamelingen van het Rijksarchief te Ronse, December 1995 (Archievenoverzichten 23), Brussel, 1996.
VAN ISTERDAEL H., Inventaris van het archief van het Land van Zottegem (Rijksarchief te Gent, toegang ex-Ronse 131), Brussel, 1986.
VAN OVERSTRAETEN J., Het Land van Aalst, in Land van Aalst, 1949, I, 1, p. 1-6.
VAN TWEMBEKE J., Lijst der heerlijkheden van het Land van Aalst, in Land van Aalst, 1962, XIV, p. 87-116, 132-163, 178-219, 258-270 en 289-307; 1963, XV, p. 18-40, 72-76, 108-124, 142-159, 189-199 en 224-234; 1964, XVI, p. 18-40, 79-85, 108-123, 132-160 en 184-200.
VERFAILLIE J., "Of Archives and Men". Identificatie van de archiefvormers in het conglomeraatbestand Land van Gavere (eind 15de eeuw - ca. 1820), onuitgegeven verhandeling ManaMa Archivistiek, Brussel, 2006, 2 dln.
VRIELINCK S., De territoriale indeling van België (1795-1963), Leuven, 2000, 3 dln.
WARLOP E., Ung double tressoir floureté de sinoplé. De wapens van de huizen van Gavere en van Rumigny (Miscellanea Archivistica 32), Brussel, 1982, p. 1-23.

Beschrijvingsbeheer

De inventarisatie van dit bestand werd anno 2007-2013 uitgevoerd door Joke Verfaillie, gebaseerd op haar verhandeling uit de master na master archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer uit 2006. De ordening gebeurde op basis van de richtlijnen en de model-archiefschema's uit COPPENS H., De ontsluiting van archieven. Richtlijnen en aanbevelingen voor de ordening en beschrijving van archieven in het Rijksarchief (Miscellanea Archivistica. Manuale 21), Brussel, 1997.
Ook in de beschrijvingen werden de richtlijnen uit dit handboek gevolgd, evenals die van de International Council on Archives. Hiervoor werd een beroep gedaan op de Nederlandse vertaling van ISAD(G): Algemene Internationale Norm voor Archivistisch beschrijven, Antwerpen, Leuven, Amsterdam, 2004, aangevuld met Richtlijnen voor de inhoud en vormgeving van een archiefinventaris, Brussel, 2012.
Voor de algemene beschrijving van het archief werd geput uit naslagwerken, hierboven en in voetnoten vermeld.

Overzicht van de baljuws van het Land van Gavere

VIRINS, n.n. 1488 (45)
VAN BRANTEGHEM, Adriaen 1509
BOELAER, Jan 1509
VAN DER STEENGRACHT, Jan 1515, 1538
COCH, Albert 1547
VAN DER STEENGRACHT, Adriaen 1561
DE SCHEPENE, Lieven 1564
VAN STEENGRACHT, Jan 1585
DE LONGEMIL, Franchois 1585
DE SCHEPENE, Lieven 1585 - 1588
DE ROISIJN, Abraham 1589 - 1595
VANDER HAEGHEN, Jan 1595 - 1596
DE SCHEPENE, Lieven 1596
VANDER HAEGHEN, Jan 1597 - 1611
DE ROISIJN, Abraham 1600 - 1611
DE ROISIJN, Adriaen 1612 - 1621
BASTON, Joannes Claude 1622
LUYTENS, Adriaan 1623
BAUWENS, Pieter 1624
SCHEPENS, Gillis 1625
LUYTENS, Adriaan 1626 - 1630
VAN MEERSSCHAUTTE, Chaerles 1630 - 1633
BASTON, Joannes Claude 1633 - 1646
VAN BENEDEN, Abraham 1640 - 1641
LOENBEQUE, Joos 1645 - 1646
BOITEULX, Hendrick 1647 - 1656
VANDEN BERGHE, Pieter 1647 - 1657
BAUWENS, Pieter 1657 - 1683
VANDER MEEREN, Egidius 1684 - 1717
NEYT, Jan 1718
NEYT, Norbert 1719 - 1732
NEYT, Jan 1733
VLAMINCK, Joannes 1734 - 1738
DE PAEPE, Pieter 1738 - 1766
DE SMET, Justinus / Jacobus 1766 - 1795

Overzicht van de burgemeesters van het Land van Gavere

Schepenbank van Gavere

VANDE SPIEGHELE, Lieven 1613 (46)
VANDE SPIEGHELE, Frans 1624
DE ZUTTERE, Adriaen 1645
DE MEULENAERE, Jan 1669
VANDE SPIEGHELE, Frans 1673 - 1676
DE MEULENAERE, Jan 1680 - 1685
VANDE SPIEGHELE, Jan 1686
VAN DOORESEELE, Jan François 1687
BUYS, Joost 1688
ARUYS, Jacques 1689
DE RAET, Pieter 1692
DOSSCHE, Geeraard 1694
VANDE SPIEGHELE, Jan 1695 - 1698
VAN DOORESEELE, Gillis 1699 - 1701
VANDE SPIEGHELE, Jan 1702
VAN DEN MEERSSCHAUTTE, Guillielmus 1703 - 1709
VAN DEN MEERSSCHAUTTE, Joannes 1710 - 1721
VANDE SPIEGHELE, Jan 1721
VAN DEN MEERSSCHAUTTE, Joannes 1722
DE RAEDT, Jan Baptiste 1722 - 1725
VAN MELLE, Jan 1725 - 1726
VLAMINCK, Joannes 1727 - 1732
D'HAENENS, Adriaen 1732
VLAMINCK, Joannes 1733 - 1735
HEBBELINCK, Jacobus 1736 - 1739
DE RAEDT, Pieter 1740
HEBBELINCK, Jacobus 1740 - 1744
BUYS, Pieter 1745 - 1750
CNUDDE, Joannes Albertus 1751 - 1752
BUYS, Pieter 1753 - 1761
VAN HUFFEL, Jan Baptiste 1762 - 1764
KIECKEPOST, Laurens 1765
VAN HUFFEL, Jan Baptiste 1766
DE NOBLE, Pieter Joannes 1767 - 1769
VAN HUFFEL, Jan Baptiste 1770
DE NOBLE, Pieter Joannes 1770 - 1779
CODDE, Constantinus 1784 - 1785
DE RAEDT, Joannes Franciscus 1785 - 1790
VAN DOORESELE, Joannes Frans 1791 - 1795

Schepenbank van Baaigem

HUYGHE, Pieter 1614 (47)
VAN HECKE, Jan 1634
VANDER HAEGHEN, Pieter 1647
VANDEN SPIEGHELE, Frans 1673
DE MEULENAERE, Jan 1680
DE BOSSCHERE, Jan 1682
PIENS, Jan 1690 - 1692
STEVENS, Frans 1702 - 1705
DHOSSCHE, Geeraert 1711 - 1714
ADRIAENS, Frans 1717 - 1718
DHOSSCHE, Geeraert 1719 - 1722
MAGHERMAN, Adriaen 1723 - 1724
STEVENS, Frans 1725 - 1729
MAGHERMAN, Adriaen 1730
STEVENS, Charles 1731 - 1735
DHOSSCHE, Joannes 1736 - 1737
VANDEN BULCKE, Geeraert 1738 - 1741
MAGHERMAN, Joannes Frans 1742 - 1770
HEBBELINCK, Jan Baptiste 1771 - 1795

Concordans

Concordans

-Akte van schenking, door Karel van Egmont, van het begevingsrecht van de functie van griffier van de landen van Gavere en Zottegem aan Artus van Beneden, gehuwd met Anne de Roisin en zijn toekomstige erfgenaam. 1597.