Inhoud

Het grootste deel van dit deelbestand bestaat uit denombrementen. Dit zijn akten met een overzicht van de rechten en plichten die aan een leen verbonden zijn en die door de leenman aan de leenheer of zijn vertegenwoordiger werden overhandigd wanneer het leenman- of leenheerschap vacant werd of wanneer de leenheer het nodig achtte om dit op te vragen. Denombrementen verschaffen ons bijzonder rijke informatie over de feodale verhoudingen en over de lokale bezitsstructuren. Het zijn documenten die omwille van hun gedetailleerdheid voor lokale vorsers van zeer groot belang zijn. De oudste documenten van dit bestand dateren van het einde van de veertiende eeuw en zijn dan meestal vrij summier, maar in de loop van de tijd worden ze steeds gedetailleerder. Een denombrement geeft informatie over de leenheer en zijn leenhof dat voor het leen bevoegd is, over de leenman, over de aard van het leen, waar het gelegen is (in het kader van een grondleen) of waarop de borg ligt (bij een rente- of geldleen), over de achterlenen en over de andere rechten en plichten die op een leen rustten. Merken we nog op dat aan vele akten unieke particuliere zegels gehecht zijn (verzameling zegelafgietsels Algemeen Rijksarchief nr. 22955-23690).
Ook andere documenten bevinden zich in dit deelbestand. Het gaat om toestemmingen van de Rekenkamer of de Raad van Vlaanderen bij een overdracht of hypothekering van een leen, verder ook om de rekesten en toestemmingen van de vorst voor het kwijtschelden of verminderen van bepaalde taxaties, om uittreksels uit leenregisters, en uitzonderlijk ook om akten van recepisse.
In principe gaat het steeds om documenten met betrekking tot grafelijke lenen. In de praktijk is dit echter niet het geval. Sommige leenhoven zoals het Kasteel van Kortrijk vroegen ook denombrementen op van andere lenen, wat bijvoorbeeld voor de Burg van Veurne zeer uitzonderlijk was. Het leert ons in ieder geval dat het ressort van het Kasteel van Kortrijk feodaal veel meer versnipperd was dan bijvoorbeeld dit van de Burg van Veurne. Bij de denombrementen van het Kortrijkse leenhof worden ook die van het afhankelijk leenhof van Tielt bewaard.
Het ressort van het leenhof bestreek grosso modo de volgende parochies: Aalbeke, Aarsele, Astene, Bavikhove, Bellegem, Beveren (-Leie), Bissegem, Bossuit, Dadizele, Dentergem, Deerlijk, Desselgem, Dottenijs, Egem, Elsegem, Emelgem, Geluwe, Gottem, Grammene, Gullegem, Harelbeke, Heestert, Herseaux, Heule, Hulste, Ingelmunster, Izegem, Kanegem, Kooigem, Kortrijk, Kuurne, Lauwe, Ledegem, Lendelede, Luingne, Machelen, Marke, Menen, Meulebeke, Moen, Moeskroen, Moorsele, Oeselgem, Olsene, Oostrozebeke, Outrijve, Pittem, Poeke, Rekkem, Rollegem, Ruiselede, Rumbeke, Sint-Baafs-Vijve, Sint-Denijs, Sint-Eloois-Vijve, Tielt, Wakken, Waregem, Wevelgem, Wielsbeke, Wingene, Wortegem, Zeveren, Zulte, Zwevegem, Zwevezele. Ook andere lokaliteiten zoals Deinze komen soms aan bod maar dit heeft te maken met de particulariteiten van de feodale banden.
De documenten dateren uit de 15e en vooral uit de 16e eeuw. Het gros van de stukken is van eind maart en april 1502, toen de Kortrijkse hoogbaljuw in navolging van het plakkaat van hertog Filips de Schone de denombrementen opvroeg. In tegenstelling met andere leenhoven werden ook de denombrementen opgevraagd die niet onder het Kasteel van Kortrijk ressorteerden, maar gewoon binnen de kasselrij lagen. Eerdere bevelschriften van de hertogen zoals in 1403 werden blijkbaar niet nageleefd, in ieder geval leidde het niet tot leen- of denombrementenregisters noch tot collecties van denombrementen uit deze periode. Ook bevinden er zich over het algemeen in dit deelbestand weinig stukken uit de 17e eeuw.

Taal en schrift van de documenten
De stukken zijn in het Nederlands of in het Frans.